19e zondag door het jaar

KerkjaarCyclus: C

Intredelied:
129 Wij wachten op de koning
563 Heer, Gij zijt burcht en toren
753 Zolang wij ademhalen
Antwoordpsalm:
P54 19e zondag door het jaar - C
Alleluia-vers:
4i Alleluia — Geprezen de Heer
Bij de bereiding van de gaven:
556 Wachters van de tijd
Communiezang:
551 De heiligen, ons voorgegaan
927 De Heer verschijnt te middernacht
Slotlied:
585 Dankt, dankt nu allen God


“Waakzaamheid” is vandaag het kernwoord. Elke zondag vieren wij inderdaad, in de verkondiging van het Woord en de breking van het Brood, de verrijzenis van onze Heer “totdat Hij wederkomt”. Elke zondag – heel het jaar door – is het Pasen. Het aspect van het wakend uitzien naar zijn komst, dat in de paaswake zo sterk tot uiting komt, is ook vandaag aan de orde in de schriftlezingen: het boek Wijsheid spreekt over de nacht van de Uittocht; het evangelie roept op tot bereidheid en waakzaamheid voor de terugkomst van de Heer; en de Hebreeënbrief heeft het over Abraham die uitzag naar de toekomstige stad, waarvan God zelf de bouwer is.

De intredezang 563 is een hartstochtelijk roepen op de Heer: Heer, Gij zijt burcht en toren … kom ons barmhartig spijzen … reik ons al wat Gij hebt voorhanden. Er zijn ook andere mogelijkheden, zoals lied 753 Zolang wij ademhalen. Het samen zingen wordt er gezien als een steun om het uit te houden als het donker is en om te blijven uitzien naar nieuw licht. Of, als de eucharistie ’s morgens plaats vindt: Wachters van tijd (556). Strofe 5 zegt: “Maakt de tafel klaar, want de Bruidegom komt spoedig met zijn vreugde overvloedig, onze Heer is daar!

De antwoordpsalm 33 (32) is een danklied om de redding die God brengt aan zijn volk. P 54 is het de passende keervers.

Het communielied herneemt enerzijds de suggestie van vorige zondag: De Heer verschijnt te middernacht (927). Dit lied sluit heel goed aan bij het evangelie van deze zondag. Ofwel kan men met lied 551 De heiligen, ons voorgegaan, nog een echo inlassen op de tweede lezing.