Moeder van God

KerkjaarCyclus: A

Intredelied:
227 In den beginne was het woord
558 Maria, poort van Gods genade
Antwoordpsalm:
P86 Moeder Gods - ABC
Alleluia-vers:
3b Alleluia — Ik verkondig u een blijde boodschap
Bij de bereiding van de gaven:
208 Er is een roos ontsprongen
Communiezang:
205 Heden zal uw redder komen
770 God wil een tempel bouwen
Slotlied:
212 Uit uw hemel zonder grenzen
Gregoriaans:
63 Alma redemptoris mater


Deze eerste dag van het jaar is een Mariafeest, maar dan één dat eigenlijk een vrucht is van de kerstliturgie. Op de octaafdag van Jezus’ geboorte huldigen wij zijn moeder met haar grootste eretitel Moeder Gods. Het liedrepertorium kan daarom de Marialiederen en de kerstliederen door elkaar vlechten.

De intredezang bezingt Maria als de poort van Gods genade … Gezegend die Gods woord heeft geloofd (558). Als Maria die ‘poort’ is, kunnen we met niemand anders beter dit nieuwe jaar binnengaan. Een andere mogelijkheid vormen 225 en 227, kerstliederen waarin ook het begin van het jaar doorklinkt: In den beginne was het woord… Hij roept totdat Hij wordt gehoord. De eerste dag van het jaar doet ons terugdenken aan de eerste dag van ons heil, de dag dat God gesproken heeft en zijn woord mens geworden is onder ons.

De antwoordpsalm (ps. 67) is een echo op de eerste lezing die helemaal in het teken staat van deze nieuwjaarsdag en die de mooiste Bijbelse zegenwens formuleert. Het keervers P 86 verwoordt de rechtstreekse vraag: ‘God, wees ons barmhartig en zegen ons’.

De communiezang herneemt de lofzang op Gods menswording: Uit uw hemel zonder grenzen komt Gij tastend aan het licht… als een ster gaat Gij ons voor (212). Dezelfde gedachte vindt men in 205 Heden zal uw Redder komen. Nog een andere mogelijkheid is 208 Er is een roos ontsprongen, dat ook naar Maria verwijst, of nog lied 770 God wil een tempel bouwen.