Dat wij als wachters op de muren zijn


t.: René van Loenen (° 1950) / m.: Kees Schuurman (° 1949)

Een meerstemmige zetting van dit lied is te vinden in het Geestelijk liedboek van de lage landen

In het refrein wordt gezegd dat gelovigen als wachters moeten zijn: niet rusten voordat de dag van Gods koninkrijk is aangebroken. Wij zijn geroepen om het zwijgen te verbreken daar waar het welzijn van al wie en wat leeft op onze aarde, in gevaar is of al geschonden wordt. In de strofen worden de bedreigingen voor de mensengemeenschap opgesomd: machtsongelijkheid tussen mensen, verarming, bewapening, uitbuiting van het milieu, misbruik van God voor eigen doeleinden.
Ik laat de dichter zelf besluiten. "Het leek me een mooie gedachte de inhoudelijk nogal prozaïsche coupletten, waarin de gevaren beschreven worden die ons via de media dagelijks voor ogen gehouden worden, te laten uitlopen op de bede dat wij mogen zijn als de wachters op de muren, die waken voor het heil van al wat leeft op deze aarde."
De confrontatie tussen ons leven en de bijbelse boodschap is nadrukkelijk aanwezig. De ethische poot van ons christen zijn midden onze wereld wordt hier niet ‘weggebidderd’, integendeel. Gebed en actie, mystiek en verzet krijgen binnen het lied hun rechtmatige plaats.
(Ignace Thevelein)

Achtergronden

Liedbespreking van Luc Van Meerssche

   
Terug naar overzicht