1e zondag van de veertigdagentijd

KerkjaarCyclus: C

Intredelied:
306 Een mens te zijn op aarde
329 Wij zoeken hier uw aangezicht (veertigdagentijd)
331 Jezus, diep in de woestijn
Antwoordpsalm:
P191 1e zondag van de veertigdagentijd - C
Vers voor het evangelie:
3c Barmhartig de Heer
3d Lof en eer zij U
Bij de bereiding van de gaven:
323 Oud het leven dat wij leiden
353 Met de boom des levens
Communiezang:
327 Alles wat over ons geschreven is... veertig dagen
Slotlied:
775 Die licht is, bron van leven is
Gregoriaans:
52 Kyriale XVII
72 Attende Domine
Het intredelied 306 Een mens te zijn op aarde…is leven van genade leidt ons de veertigdagentijd binnen. De aanvang van het evangelie zegt dat Jezus van de Jordaan (waar Hij gedoopt werd) weggaat en naar de woestijn wordt geleid: een mens te zijn op aarde…is komen uit het water en staan in de woestijn. En verder luidt het: Een mens te zijn op aarde, dat is de Geest aanvaarden (vgl. vers 1 van het evangelie). Als er veel kinderen aanwezig zijn, kan men ook het lied 331 voorzien: Jezus, diep in de woestijn, eenzaam en vol vragen, voerde daar een zware strijd veertig lange dagen.

Na de prachtige geloofsbelijdenis van het boek Deuteronomium in de eerste lezing volgt de vertrouwenspsalm 91, die de bescherming in herinnering roept van God, tijdens de gevaarlijke woestijntocht. Het keervers P 191 smeekt deze bescherming af: “Heer, sta mij bij, in iedere nood.” Psalm 91 is ook bewerkt in lied 935.

Tijdens de veertigdagentijd vervalt het Alleluia. Als vervanging kan men afwisselend de nummers 3c Barmhartig de Heer en 3d Lof en eer zij U programmeren.

Als communiezang kan men lied 327 voorzien. In een biddende dialoog met Christus wordt vooruitgeblikt op de veertigdagentijd: “Alles wat over ons geschreven is, gaat Gij volbrengen in de veertig dagen…