6e zondag van de paastijd

KerkjaarCyclus: B

Intredelied:
406 Kondig het aan: de Heer is verrezen
422 Kondigt het jubelend aan
Antwoordpsalm:
P133 6e zondag van de paastijd - B
Alleluia-vers:
4h Alleluia — Uw woorden, o Heer, zijn geest en leven
Bij de bereiding van de gaven:
502 Verkondig alle mensen
526 Al wat er nodig is
Communiezang:
548 Zo lief heeft God de wereld
Slotlied:
760 Mijn vrienden zijt gij, zegt de Heer
Gregoriaans:
53 Kyriale I


Inhoudelijk aansluitend bij de evangelielezing: ZJ 548 Zo lief heeft God de wereld gehad

Geïnspireerd op de inhoud van het gregoriaanse Vocem jucunditatis is het lied 422 Kondigt het jubelend aan, laat het de windstreken horen ... God heeft ons wedergeboren. Dat is dan ook vanzelfsprekend onze intredezang van deze paaszondag. Een tweede keuze is 406 Kondigt het aan: de Heer is verrezen.

De eerste lezing heeft het over Petrus’ verbazing als ook de heidenen de Geest blijken ontvangen te hebben en God verheerlijken. Antwoordpsalm reageert hierop met verzen uit de lofpsalm 98: De Heer toonde zijn gerechtigheid aan de volken (P 133). Deze psalm kennen we ook in de berijmde versie 519 Zingt een nieuw lied voor God, de Here, want Hij bracht wonderen tot stand ... voor alle volkeren op aarde.

Het Alleluia heeft op de paaszondagen bijzondere betekenis: voor deze zondag suggereren wij vers 4h, dat verwijst naar de geboden waar Jezus over spreekt, ofwel de derde strofe van lied 418: Zingt voor de liefde die ons bindt... Alleluia. Dat is ook een mooie inleiding tot de evangelielezing.

De communiezang blijft zingen van de vriendschap en van de zending van de leerlingen: Mijn vrienden zijt gij ...; ik noem u thans geen dienaars meer ... zoals de Vader mij eens zond, zo zend ik u de wereld rond (760). Een andere mogelijkheid vormt 548 Zo lief heeft God de wereld gehad, dat het gebod van de onderlinge liefde zingend verwoordt.